
πππ πππππ ππππ (π£π) ππππ£πππππππππππ!
Hoe vaak ik dat gezegde heb gehoord in mijn leven… Ik heb het nog veel vaker gedacht. Douchen is een vanzelfsprekendheid en een dagelijks onderdeel in het leven van heel veel Nederlanders. Maar toch is het voor een groot aantal mensen niet zo vanzelfsprekend.
Je kleed je uit. Je zet de douche aan. Je gaat eronder staan. Je wast je. Je stapt eronder vandaan. Je maakt de douche droog. Je droogt jezelf af. Je kleed je aan. Je kamt je haren. Je doet de natte handdoek in de mand. En vervolgens doe je wat je nog meer moet doen.
Viel je op hoeveel stappen dat zijn? Voor mij (en heel veel ME/CVS-patiënten) zijn dat soms veel te véél stappen. Soms is in de badkamer komen en de douch aanzetten al een ding. Soms ben ik pas vermoeid als ik onder de straal ga staan. Soms zet de vermoeidheid pas in bij het afdrogen en aankleden en soms heb ik geluk dat ik pas de (over)vermoeidheid voel als ik op bed ga zitten om mijn schoenen aan te trekken. Eén zekerheid is er (altijd): ergens in het traject komt de vermoeidheid om de hoek kijken.
Op de foto zie je die vermoeidheid niet. Ik wil dat ook niet per se laten zien. Een masker zou ik het niet noemen. Gewoon een goed gemikte glimlach.
ME/CVS is een vreselijke ziekte, maar wat het soms erger maakt is dat je het niet ziet. Het is niet tastbaar, zoals een gebroken been. Toch moeten dagelijks duizenden ME-patiΓ«nten afwegen wat de prioriteit van de dag is. Dagelijks douchen hoort dat over het algemeen niet bij.
